Art. 1.
Op advies van de bevoegde jury kan het FWO werkingskredieten verlenen aan een onderzoeker van minstens postdoctoraal niveau die actief is in het domein van klimaatonderzoek (*) en gedurende de volledige looptijd van het krediet bezoldigd verbonden is aan één van de hoofdonthaalinstellingen vermeld in artikel 7 §2 van het reglement tot regeling van onderzoeksprojecten fundamenteel onderzoek, of aan een Vlaamse of aan een Federale instelling voor wetenschappelijk onderzoek (**). De aanvrager moet maximaal 10 jaar vóór de uiterste indiendatum zijn/haar eerste doctoraatsdiploma hebben behaald, eventueel verlengd in geval van in aanmerking komende loopbaanonderbrekingen (***).
(*) Dit domein wordt als volgt gedefinieerd: in klimaatonderzoek worden structuur en dynamica van het klimaatsysteem bestudeerd. Daarbij tracht men te begrijpen hoe het mondiale, regionale en lokale klimaat in stand wordt gehouden en door welke processen het in de loop van de tijd verandert. Klimaatonderzoekers werken met waarnemingen en theoretische concepten uit verschillende domeinen, waaronder meteorologie, oceanografie, fysica, en chemie (cfr. Stanford Encyclopedia of Philosophy - 2023).
(**) Kandidaten, personeelsleden van een federale wetenschappelijke instelling moeten tot het Nederlandstalig kader te behoren.
(***) Voor elke ononderbroken periode van 365 dagen tussen de datum van het behalen van het doctoraat en de aanvraag kan maximaal één verlenging van één jaar van bovengenoemde anciënniteitsgrens worden toegekend, indien gedurende deze periode ononderbroken perioden van ten minste 3 maanden hebben plaatsgevonden, ongeacht het aantal, wegens moederschapsverlof en/of voltijds ouderschapsverlof en/of voltijds ziekteverlof en/of militaire dienst/verplichte burgerdienst in het land waarvan zij onderdaan zijn.
Art. 2.
Kandidaten mogen niet eerder de Wetenschappelijke Prijs Klimaatonderzoek hebben ontvangen.
Art. 3.
De Wetenschappelijke Prijs Klimaatonderzoek omvat een persoonlijk werkingskrediet ter waarde van 10 000 euro. Voor de opening van elke oproep van deze Prijs bepaalt de raad van bestuur, op basis van het beschikbare budget naar aanleiding van de CO2-bijdrages, hoeveel dergelijke werkingskredieten ter beschikking worden gesteld. Het werkingskrediet is cumuleerbaar met eventuele aanvullende toelagen ter beschikking gesteld door de onthaalinstelling en het FWO.
Art. 4.
De kredieten zijn persoonlijk en niet overdraagbaar.
Art. 5.
Reeds in het aanvraagformulier dient de aanvrager aan te geven in welke mate het werkingskrediet op een duurzame manier zal worden besteed. De bevoegde jury beoordeelt dit aspect als een evaluatiecriterium bij deze Wetenschappelijke Prijs.
Art. 6.
De toegekende kredieten kunnen slechts worden aangewend onder de voorwaarden waarin ze werden toegekend.
Art. 7.
De postdoctoraal onderzoeker beheert zelf zijn werkingskrediet.
Art. 8.
§1. Het werkingskrediet kan worden gebruikt voor de aankoop en financiering van alle uitgaven die in rechtstreeks verband staan met de onderzoeksactiviteiten van de houder van het krediet. Hiertoe behoren enkel de volgende op limitatieve wijze opgesomde kosten:
- aankoopkosten voor goederen met blijvende waarde en nuttig voor het onderzoek (apparatuur, computers, boeken,…). Bij het beëindigen van het mandaat worden deze goederen eigendom van de onthaalinstelling of universitair ziekenhuis. Hierbij dient de houder van het krediet het aankoopbeleid van de onthaalinstelling of universitair ziekenhuis na te leven.
- kosten van verbruiksgoederen (reagentia, proefdieren- of planten, chemicaliën,…);
- verbruiksuitgaven (op basis van factuur of interne nota of afrekeningsstaat) voor fotokopies, opzoekingen en dataverkeer (post/internet);
- de vergoeding van personen, niet onderworpen aan de sociale zekerheid, die deelnemen aan het toegekende onderzoek (op basis van factuur of interne nota);
- verplaatsing- en verblijfkosten in binnen- en buitenland, met uitsluiting van woon-werkverkeer;
- kosten van studieverblijven en deelname aan congressen in het buitenland voor zover deze in de lijn liggen van het toegekende onderzoek;
- publicatiekosten voor artikels met de houder van het werkingskrediet als eerste auteur (of als medeauteur op basis van een redelijke kostendeling);
- toegang tot en disseminatie van onderzoeksresultaten.
§2. Postdoctoraal onderzoekers kunnen het krediet eveneens aanwenden voor deelname aan trainingsactiviteiten ter bevordering van transferable skills (communicatie, valorisatie, leiderschap, carrièreplanning, …), op voorwaarde dat dit de initieel goedgekeurde onderzoeksactiviteiten niet in het gedrang brengt.
§3. In geen enkel geval kan het werkingskrediet worden gebruikt voor:
- kosten voor de inschrijving op de universitaire rol of als regulier student in binnen- of buitenland;
- strikt persoonlijke uitgaven van de houder van het werkingskrediet of diens promotor met inbegrip van huisvesting en woon-werkverkeer;
- de verrekening door de vakgroep/het departement of de universitaire instelling van centrale beheerskosten en/of algemene exploitatiekosten;
- uitgaven die reeds een andere financiering genoten;
- kosten van andere bursalen, doctorandi, postdoctoraal onderzoekers of personeelsleden.
§4. De kredieten blijven ter beschikking gedurende een periode van 365 dagen volgend op de toekenning. De niet aangewende sommen vallen terug aan het FWO.
Art. 9.
Alle materiaal, verworven dankzij de Wetenschappelijke Prijs Klimaatonderzoek, wordt eigendom van de universiteit of van een instelling voor wetenschappelijk onderzoek waaraan de houder van het betrokken krediet verbonden is of van een hogeschool, krachtens een afspraak met een Vlaamse universiteit die in de aanvraag wordt opgenomen. Deze instelling verbindt er zich nochtans toe het bedoelde materiaal ter beschikking te houden van de onderzoeker, gedurende de tijd die vereist is voor het afwerken van het onderzoek waarvoor het werd toegekend. Bovendien gaat ze de verbintenis aan het materiaal noch te verkopen, noch uit te lenen zonder de instemming van het FWO.
Art. 10.
De houders van een werkingskrediet n.a.v. de Wetenschappelijke Prijs Klimaatonderzoek brengen bij het FWO verslag uit over het wetenschappelijk werk dat ze, met behulp van het tot hun beschikking gestelde krediet, hebben doorgevoerd. Dit omvat een beknopt wetenschappelijk verslag en een financieel verslag.
Art. 11.
Alle aanvragen worden door de kredietaanvrager bij het FWO ingediend in het Engels en door middel van het formulier “Wetenschappelijke Prijs Klimaatonderzoek”. Aanvragen dienen uiterlijk op de indiendatum en het indienuur zoals vermeld bij de oproep elektronisch te worden ingediend met behulp van het daartoe bestemde formulier. Het formulier is beschikbaar op de website www.fwo.be en moet per e-mail worden toegezonden aan prijzen@fwo.be.
Art. 12.
§1. Het werkingskrediet wordt uitbetaald op een rekeningnummer van de hoofd-onthaalinstelling waaraan de krediethouder is verbonden.
§2. De financiële dienst van de onthaalinstelling opent voor betrokkenen een kredietlijn.
Art. 13.
De toekenning gebeurt door de raad van bestuur van het FWO op basis van het advies van een jury van experten samengesteld door het FWO.
Art. 14.
Alle eventuele problemen in verband met de ontvankelijkheid van de ingediende kandidaturen, alsook deze betreffende de toekenning van de prijs zelf, worden zonder mogelijkheid van verhaal door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen beslecht.
Art. 15.
Indien de jury van oordeel is dat minder aanvragen dan het aantal beschikbare werkingskredieten vastgelegd door de raad van bestuur van het FWO de Prijs verdienen, dan kan de jury beslissen om voor die oproep een kleiner aantal werkingskredieten toe te kennen.
Art. 16.
De beraadslaging door de jury is confidentieel.