Voor het eerst is ingevroren immatuur teelbalweefsel na 16 jaar teruggeplaatst bij een onvruchtbare man die als kind een behandeling heeft ondergaan met chemotherapie. Met deze transplantatie willen de artsen en onderzoekers de zaalcelproductie bij de man op gang brengen en zo zijn vruchtbaarheid herstellen. De ingreep is vlot verlopen en de patiënt herstelt goed. Binnen een jaar wordt gecontroleerd of er effectief rijpe zaadcellen aanwezig zijn. Deze transplantatie kwam er na jarenlang onderzoek van de Vrije Universiteit Brussel en Brussels IVF, het centrum voor reproductieve geneeskunde van het UZ Brussel. Ze is het gevolg van een eerdere wereldprimeur, want in 2002 werd in onze instelling voor het eerst teelbalweefsel ingevroren en bewaard.
Bij jongens die vóór de puberteit een zware behandeling nodig hebben met impact op hun vruchtbaarheid, kan een stukje van een zaadbal preventief verwijderd en ingevroren worden. Zo worden de testiculaire stamcellen, de voorlopers van de zaadcellen, veiliggesteld. Behandelingen zoals chemotherapie en radiotherapie kunnen deze cellen vernietigen. Dit kan leiden tot onvruchtbaarheid op latere leeftijd.
Vóór de puberteit maken jongens nog geen zaadcellen aan. Het weggenomen weefsel bevat stamcellen die normaal zaadcellen aanmaken vanaf de puberteit. Door het weefsel op jonge leeftijd in te vriezen en te bewaren, kunnen we via een transplantatie op latere leeftijd de vruchtbaarheid proberen te herstellen.
Onderzoekers van de Vrije Universiteit Brussel en Brussels IVF, het centrum voor reproductieve geneeskunde van het UZ Brussel, hebben nu voor het eerst verschillende stukjes weefsel teruggeplaatst bij een man die als kind een behandeling met chemotherapie onderging die een negatieve impact had op zijn vruchtbaarheid. De procedure maakt deel uit van een onderzoeksproject, gefinancierd door het FWO en de VUB (SRP-groeier), om te evalueren of zo’n transplantatie effectief leidt tot een herstel van de vruchtbaarheid.